Code sociale media
Er is veel geschreven over sociale media. Er zijn discussies geweest over of het een hype is of niet, of je er als bedrijf ‘iets’ mee moet doen en wat de gevaren voor de reputatie zijn wanneer het misgaat. Onderhand is iedereen het er wel over eens, het is geen hype, het kan erg winstgevend zijn voor een bedrijf, en ja, áls het misgaat kan het ontzettend slecht zijn voor de reputatie van een bedrijf. Om dit laatste te voorkomen, heeft Charles Huijskens het boek ‘Code sociale media’ geschreven.
Code sociale media
Huijskens heeft eerder de boeken ‘Majesteit en media’ en samen met Dig Istha ‘Het media handboek’ geschreven. Ditmaal is in ‘Code sociale media’ het sociale media landschap aan de beurt. Het boek behandelt in elf hoofdstukken de aard van sociale media, do’s en don’ts in het gebruik ervan, en richtlijnen om als bedrijf met sociale media om te gaan. Het boek begint bij de basis; hoe is het internet landschap de afgelopen jaren veranderd, en wat zijn nu precies sociale media? Hier zijn de belangrijkste categorieën, (micro)blogging, social networking, collaboration en multimedia, nog eens op een rijtje gezet en uitgelegd. Ook zijn er een aantal overtuigende feiten op een rij gezet, die aantonen dat je niet meer om sociale media heen kan.
Verkeerd gebruik
Een belangrijk onderdeel van het boek zijn de kanttekeningen die je bij het gebruik van sociale media moet maken. Op internet kan je immers iets niet makkelijk wissen; alles wat er op geplaatst is kan makkelijk weer in zoekopdrachten boven komen. De auteur wijst er daarom op voorzichtig te zijn met het online zetten van een persoonlijke mening of informatie. In dit aspect komt ook het sociale mediagebruik van werknemers aan bod. Wat te doen wanneer werknemers zich uitlaten op sociale media en dit terugslaat op het bedrijf?
Een ander risico is het ‘lekken’ van gevoelige informatie. Een werknemer kan een simpele tweet plaatsen over iets wat op zijn werk gebeurd is, omdat hij denkt dat alleen zijn bekenden dit kunnen lezen. Wanneer informatie op internet geplaatst wordt, is het echter vrij opvraagbaar voor iedereen, en kunnen bijvoorbeeld ook concurrenten dit lezen. Volgens McAfee groeien sociale media zo snel, dat zij in 2014 e-mail vervangen zullen als belangrijkste middel om gegevens uit te wisselen binnen een bedrijf. Dit brengt grote beveiligingsrisico’s met zich mee.
De macht van klanten
In het derde deel van het boek bespreekt Huijskens wat je als bedrijf met sociale media kunt doen. Door de komst van sociale media zijn klanten machtiger geworden, zij kunnen ervaringen snel delen, informatie aan elkaar vragen, maar ook makkelijk hun ongenoegen uiten. Het is voor een bedrijf belangrijk dat er goed geluisterd wordt naar wat er gezegd wordt over het bedrijf. Ook komt hier aan bod hoe het vertrouwen gewonnen kan worden op sociale media, en hoe er buzz gecreëerd kan worden zodat steeds meer consumenten over het bedrijf praten. Zo verplaatst het budget voor reclame steeds meer naar digitale media. Voorheen was het zaak om (potentiele) klanten te informeren, overtuigen en herinneren. Met de opkomst van sociale media is een nieuw model opgekomen, ‘demonsteren, betrekken en stimuleren’.
In het laatste gedeelte van het boek zijn praktische richtlijnen voor een bedrijf gegeven hoe met sociale media om te gaan. Het is aan een bedrijf om er zelf invulling aan te geven, een goede code is maatwerk. Een effectieve set richtlijnen zou echter altijd drie aspecten moet bevatten. Wat doet het bedrijf wel en niet online? Wat mogen werknemers wel en niet online doen? En wat mag het publiek wel en niet op het ‘webterrein’ van het bedrijf doen? Het boek behandelt verder algemene richtlijnen die opgenomen kunnen worden in een sociale media code voor bedrijven. Daarbij worden twee voorbeeldcodes van bedrijven gegeven.
Referentie(s)
Huijskens, C. (2010), Code sociale media. Bertram + de Leeuw Uitgevers, Amsterdam.